2.1 Programma Dorpen en wijken

2.1.0 Inleiding

Terug naar navigatie - Visie, doelstelling en opbouw programma

Visie
We willen 'groots zijn in kleinschaligheid'. Onze gemeente bestaat uit vitale, lokale gemeenschappen, gevormd door de inwoners van dorpen, kernen en wijken. Onze inwoners ontmoeten elkaar op het sportveld, in de kerk, het dorpshuis en bij vrijwilligerswerk. Al deze gemeenschappen hebben hun eigen identiteit. In het ene dorp zijn de inwoners bijvoorbeeld zeer maatschappelijk actief. In het andere dorp leven inwoners meer hun eigen leven. Overal kennen mensen elkaar en voelen zij zich verantwoordelijk voor elkaar en voor de leefbaarheid in hun directe omgeving. Wij zijn bondgenoot van inwoners in het vergroten van de leefbaarheid. Leefbare dorpen en kernen dragen direct bij aan het welbevinden van onze inwoners en de sociale veerkracht van de diverse lokale gemeenschappen. 

Doelstelling
Binnen het programma Dorpen en Wijken zetten we in op zelfredzame en leefbare dorpen en kernen. Dit betekent dorpen en wijken waarin volop mogelijkheden zijn voor onze inwoners om elkaar te ontmoeten en initiatieven te ontplooien. De inwoners ervaren de omgeving als schoon, heel en veilig. We werken nauw samen met inwoners en organisaties om de leefbaarheid te vergroten. Dit kan op iedere plek anders vorm krijgen. Geen dorp, wijk of buurt is hetzelfde. De aanpak is dat we de zeggenschap en het eigenaarschap van onze inwoners stimuleren en ondersteunen.

Activiteiten op het gebied van sport, cultuur, educatie en activiteiten voor specifieke doelgroepen, zoals jongeren en ouderen, dragen wezenlijk bij aan leefbaarheid in de dorpen en wijken. Ze geven kleur en identiteit en stimuleren ontmoeting en samen bezig zijn. Ontmoeting vindt vaak plaats in maatschappelijke accommodaties. 

We willen dan ook dat ieder dorp beschikt over een gelegenheid of voorziening om elkaar te kunnen ontmoeten. Ons streven is om de voorzieningen die van belang zijn voor het dagelijks leven, zo dicht mogelijk bij mensen te brengen of te zorgen dat deze goed bereikbaar zijn.

Ook de openbare ruimte is van belang voor de identiteit van een dorp of wijk en het woonplezier van onze inwoners. We vergroten de leefbaarheid door inwoners meer zeggenschap en zelfbeheer te geven over bijvoorbeeld het groen in de wijk. We zijn verantwoordelijk voor het afgesproken kwaliteitsniveau.

Opbouw programma Dorpen en Wijken
Het programma Dorpen en Wijken bestaat uit de volgende beleidsonderwerpen:

  1. Het versterken van de sociale cohesie;
  2. Huisvesting voor sociaal maatschappelijke activiteiten;
  3. Deelname aan het maatschappelijk leven;
  4. Sport en Bewegen;
  5. Veiligheid op het gebied van wonen, werken en leven;
  6. Fysieke leefbaarheid.

2.1.1 Het versterken van de sociale cohesie

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Het is prettig wonen en leven in onze dorpen en wijken. Inwoners zijn zelf primair verantwoordelijkheid voor hun eigen leefomgeving. Wij zorgen ervoor dat inwoners invloed hebben op hun leefomgeving en samen met ons kunnen werken aan het verbeteren van hun wijk of dorp. 

In 2024 gaan we aan de slag met het programma ‘Gebiedsgericht werken’. Gebiedsgericht werken betekent dat we meer gaan denken vanuit de leefwereld van onze inwoners, dat we samenwerken met onze inwoners en maatschappelijke partners aan problemen, kansen, ideeën, én opgaven in een gebied in samenhang oppakken. Daarnaast moeten inwoners regie kunnen nemen over zaken die zij zelf willen aanpakken. Uiteindelijk moet leiden tot plannen en beleid dat beter aansluit bij de behoeften van onze inwoners en die effectiever zijn. Samenwerking met onze inwoners is onmisbaar. Onze inwoners houden ons scherp, geven inkleuring aan onze samenleving en zorgen voor draagvlak en invulling van beleid. Daarnaast kunnen ze een drijvende kracht zijn achter maatschappelijke vernieuwingen door allerlei ideeën en initiatieven. We hebben elkaar nodig en moeten elkaar kunnen vertrouwen om gemeenschappelijke doelen te kunnen realiseren. e doelen te kunnen realiseren. 

Ambities

Terug naar navigatie - Ambities

Inwoners hebben en ervaren invloed op en zeggenschap over hun dorp of wijk. Wij denken vanuit de leefwereld van onze inwoners en werken samen met onze inwoners aan problemen, kansen, ideeën, en opgaven in een gebied. Inwoners nemen regie over zaken die zij zelf willen aanpakken en hebben een aanspreekpunt om ideeën en zorgen over hun leefomgeving mee te bespreken. Dit leidt tot beleid en plannen die aansluiten bij de behoeften van onze inwoners en effectiever zijn.

Terug naar navigatie - Trends en ontwikkeling

Verschillende dorpen en wijken zijn begonnen met het opstellen van een dorps- of wijkplan vanuit het NPG-project dorps- en wijkplannen maken. Met dit project krijgen al onze 37 dorpen en wijken de mogelijkheid om zelf een dorps/wijkplan te maken. Met de gemeente wordt vervolgens in gezamenlijkheid een uitvoeringsagenda gemaakt met daarin de ideeën en projecten die uit het dorps- of wijkplan voortkomen. In de dorpen en wijken is men over het algemeen positief kritisch over de gemeente geboden mogelijkheid om zelf na te denken over hun toekomst. Bewonersorganisaties zijn allemaal bereid tijd en energie te steken in het maken van een plan en te proberen om zoveel mogelijk inwoners bij te betrekken. 
Op 24 februari 2023 zijn de uitkomsten van de parlementaire enquête gaswinning (PEGAS) gepresenteerd. In reactie op dit parlementaire enquêterapport is het kabinet met een reactie “Nij Begun’ gekomen. Het kabinetsplan ‘Nij Begun’ bestaat uit 50 maatregelen die gericht zijn op het oplossen van de problemen die het gevolg zijn van de aardgaswinning. Het kabinet beschrijft in haar plan een gebiedsgerichte crisisaanpak voor versnelling van de versterking. Daarin wordt nadrukkelijk de verbinding tussen versterking en leefbaarheid gelegd. Er zijn duidelijke raakvlakken tussen de door het kabinet beoogde gebiedsgerichte aanpak van de versterking en het programma gebiedsgericht werken. Deze ontwikkeling heeft invloed op hoe wij binnen het versterkingsdossier samenwerken met onze inwoners in het versterkingsgebied en de zeggenschap die zij hebben over veranderingen in hun leefomgeving. 

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

Inwoners hebben meer invloed op hun leefomgeving en voelen zich betrokken bij maatschappelijke vraagstukken.

Terug naar navigatie - Inwoners hebben meer invloed op hun leefomgeving en voelen zich betrokken bij maatschappelijke vraagstukken.

We stimuleren de betrokkenheid die inwoners voelen bij hun wijk of omgeving en hun bereidheid om zich daar vrijwillig voor in te zetten. Het gaat ook om het stimuleren van ontmoeting tussen inwoners. Daarbij hebben we speciale aandacht voor inwoners die moeilijk te bereiken zijn en die niet op eigen kracht volwaardig mee kunnen doen aan de maatschappij. Tegelijkertijd werken we aan onze rol het ondersteunen van ideeën en plannen die onze inwoners hebben. Daarbij werken we aan een organisatie die erop is ingericht om vlot en passend in te kunnen spelen op opgaven, kansen en uitdagingen in een gebied. 

Acties

2.1.2 Huisvesting voor sociaal maatschappelijke activiteiten

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Vastgoed
Onze vastgoedportefeuille bestaat uit ongeveer 170 objecten. De portefeuille is onderverdeeld in deelportefeuilles om per portefeuille specifiek beleid te kunnen vormen. Eén van de belangrijkste deelportefeuilles is het maatschappelijk vastgoed. Het maatschappelijk vastgoed is vastgoed waarin maatschappelijke voorzieningen zijn gehuisvest.

Maatschappelijk vastgoed    
Het uitgangspunt voor maatschappelijk vastgoed is dat een gebouw geen doel op zich is. Een gebouw heeft een maatschappelijke waarde door de activiteiten die erin plaatsvinden. En die activiteiten worden door de gebruikers georganiseerd. De gemeente kan die activiteiten ondersteunen door middel van subsidies. De activiteiten zijn niet per definitie altijd gehuisvest in vastgoed van de gemeente. Ook de realisatie en voorziening van de gebouwen hoeft niet altijd door de gemeente plaats te vinden.

Wij willen meer eenheid brengen in de verschillende vormen van ondersteuning aan de accommodaties. De huidige situatie verschilt per dorpshuis, sportaccommodatie en gebruiker. Dit varieert van zelfstandig tot volledig in gemeentelijk beheer. Ook in het (ver)huurbeleid is er sprake van enorme verschillen. We streven naar harmonisatie.

Beleid
Onze vastgoedportefeuille is zeer divers en er wordt op heel veel verschillende manieren mee omgegaan. Er is door onder andere de herindeling, een groot verschil in exploitatie, subsidiëring en andere vormen van ondersteuning van deze accommodaties. We willen hierin meer uniformiteit aanbrengen. De huidige situatie verschilt per dorpshuis, sportaccommodatie en gebruiker en varieert van volledig verzelfstandigd tot volledig in gemeentelijk beheer. Ook het (ver)huurbeleid vertoont enorme verschillen. Een (kost)prijs-dekkende huur komt bijna niet voor. Vaak is er sprake van indirecte subsidiëring, doordat de gemeente inzet van professionals en/of activiteiten en/of (groot) onderhoud bekostigt.

In het verleden heeft uw raad het rekenkameronderzoek naar het gemeentelijk vastgoed en het vastgoedbeleid vastgesteld. De rekenkamer heeft aanbevelingen gedaan om het beleid en het beheer van vastgoed te verbeteren. Het opvolgingsonderzoek van de rekenkamercommissie heeft bevestigd dat alle aanbevelingen zijn opgevolgd. Eén van de belangrijkste aanbevelingen die in uitvoering is, is het beleid met betrekking tot voorzieningen en vastgoed. In het rekenkameronderzoek is geconstateerd dat de beleidsmatige borging van de inzet van vastgoed ontbreekt. De rekenkamer heeft aanbevolen beleid voor voorzieningen en vastgoed te ontwikkelen en vast te stellen. Ons doel is om meer grip op het vastgoed te krijgen (eigendom van de gemeente), te komen tot een effectieve(re) en efficiënte(re) inzet van vastgoed en voorzieningen- en accommodatiebeleid te ontwikkelen. 

Doelmatigheid
Het gegevensbeheer wordt steeds verder geprofessionaliseerd en heeft een centralere rol binnen het team, waardoor we steeds beter kunnen informeren over onze vastgoedportefeuille. In de P&C-documenten zal steeds uitgebreidere informatie worden opgenomen die de doeltreffendheid en doelmatigheid van de uitvoering van het vastgoedbeleid kunnen aantonen.

Met de aanbevelingen 1 en 2 is in 2021 gestart en heeft de afgelopen jaren een vervolg gekregen. Het gaat hierbij vooral om het formuleren van inhoudelijk beleid en het maken van duidelijke keuzes in ondersteuning van (gebruikers van) voorzieningen. De volgende stap in het proces is het uitwerken van het beleid. Dit gebeurt in deelprojecten: consequenties van het beleid brengen we per accommodatie en/of voorziening in beeld. We doen dit in samenwerking met het veld en uw raad. 

De kadernota uit 2021 was de eerste stap naar de vorming van beleid. De input van uw raad dient als een van de handvatten voor de uitwerking op projectniveau. Ook ‘het veld’ wordt betrokken. Hiervoor is een klankbordgroep in het leven geroepen, bestaande uit een afvaardiging van bestuurders van de dorps- en wijkcentra in onze gemeente. De deelprojecten zijn in 2022 verder uitgewerkt en ter besluitvorming aan uw raad aangeboden. In 2023 zijn we aan de slag gegaan met de genomen besluiten.

Het Strategisch Vastgoedbeleid bevindt zich op ambtelijk niveau in de afrondende fase. Wij hechten er grote waarde aan om uw raad actief te betrekken bij dit proces, aangezien hun input en feedback van cruciaal belang zijn voor de uiteindelijke beleidsvorming. 

In beweging
Onze vastgoedportefeuille is in beweging. Diverse projecten en programma’s hebben als gevolg dat er vastgoed vrijvalt en buiten gebruik komt. Het betreft hier voornamelijk schoolgebouwen die door realisatie van multifunctionele accommodaties en kindcentra hun functie verliezen. In 2021 is het traject voor sloop en locatie-ontwikkeling voor een aantal gebouwen ingezet. Dit traject loopt ook de komende jaren door.

Duurzaam Gemeentelijk Vastgoed en meerjaren onderhoudsplan (MJOP)
In 2022 is er een strategie ontwikkeld om te komen tot een verduurzamingsplan voor het gemeentelijk vastgoed. Eerder was al bepaald welke richting opgegaan zou worden, afgelopen jaar is vooral gekeken hoe de verduurzaming gefaseerd plaats kan gaan vinden. Dit heeft geleid tot de ontwikkeling van een model in vijf stappen.

  1. Het begint met het inzichtelijk maken van de te nemen maatregelen per gebouwensoort:
    bruto vloeroppervlak, leeftijd en energieverbruik zijn de ingrediënten om tot een grove indicatie te kunnen komen. Daarna kunnen we globaal inzichtelijk maken wat de financiële consequenties ervan zijn en het bepalen welke verduurzamings-ambitie voor ogen hebben.
  2. De volgende stap is maatwerk per gebouw. Dat zal inzicht geven welke maatregelen haalbaar zijn en daarvan uit kan er een uitvoeringsplan worden opgesteld. Hierbij zullen de gegevens vanuit het MJOP ook leidend zijn.
  3. Aan de hand van de beleidskeuzes vanuit de verschillende domeinen zal een strategie bepaald kunnen worden voor de uitvoering van welke panden als eerste aangepakt gaan worden en hoe.
  4. Middelen om de totale verduurzamingsopgave te realiseren zijn er op dit moment niet. Verwacht wordt dat er vanuit het Rijk middelen beschikbaar worden gesteld voor onderzoek, capaciteit en daadwerkelijke uitvoering. Uiteraard zal er niet worden gestart voordat er duidelijkheid is over de financiering en dekking van de verschillende fases van uitvoering.
  5. Tot slot het monitoren. Dit is noodzakelijk om de theoretische energiereductie te kunnen toetsen aan de praktijk én waar in verloop van de tijd zo nodig bijgestuurd kan worden. Ook door beleving en comfort bij de gebruikers te blijven meten wordt er inzicht verkregen in de doelstellingen van de verduurzaming.

Ambities

Terug naar navigatie - Ambities

Beheer en onderhoud van kapitaalgoederen worden toekomstbestendig en efficiënt uitgevoerd en voldoen aan maatschappelijke en wettelijke eisen. Het onderhoud en beheer zijn zodanig dat de kapitaalgoederen kunnen bijdragen aan de programmadoelen: een aantrekkelijke, veilige, leefbare en toekomstbestendige leefomgeving voor de samenleving. Waarbij we de inwoners steeds meer eigen zeggenschap en verantwoordelijkheid geven om op die manier de eigenheid en vitaliteit in de wijken en dorpen te behouden.

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

2.1.3 Deelname aan het maatschappelijk leven

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

In dit hoofdstuk zijn verschillende beleidsonderdelen gekoppeld. Allen dragen bij aan de identiteit, kracht en eigenheid van onze gemeente: cultuur, archeologie en erfgoed & monumentenzorg. Onze gemeente is heel verschillend van karakter. Inwoners en omgeving verschillen zichtbaar van elkaar. Hiervoor zijn vaak historische verklaringen te geven. Cultuur en erfgoed bieden identiteit en herkenbaarheid. Inwoners voelen zich thuis in hun omgeving en zijn er trots op. Dit versterkt en verbindt de samenleving en geeft zo sociale veerkracht.

Cultuur is er om actief en passief aan deel te nemen. Zelf kunst maken of ernaar kijken en luisteren is een waardevolle toevoeging aan het dagelijks leven. Het leert je anders kijken en maakt creatiever.

Het is de moeite waard om bovengenoemde waarden te behouden en te verspreiden. Dan kan elke inwoner er kennis van nemen. We beginnen daar al mee op scholen met cultuureducatie en erfgoedlessen.

Erfgoed en cultuur maken onze gemeente ook aantrekkelijk voor bezoekers en toeristen. Hierdoor maken toeristen kennis met de geschiedenis en eigenheid van de dorpen en onze streek.

Ambities

Terug naar navigatie - Ambities

Erfgoed, archeologie en cultuur vertellen onze geschiedenis en bepalen wie we zijn. Het is belangrijk om dat te stimuleren, te bewaren en te beschermen. Ze dragen bij aan de eigenwaarde, veerkracht en het thuisgevoel van onze inwoners. We zetten ons daarom in voor instandhouding, bescherming en brede bekendmaking ervan. Leerlingen op basis- en middelbare scholen volgen cultuur- en erfgoedlessen. Hierdoor krijgen ze kennis over hun eigen leefomgeving. Dit versterkt de band met onze gemeente. Cultuuronderwijs tijdens- en na schooltijd maakt kinderen creatiever. Cultuur is een belangrijk onderdeel bij de invulling van de verlengde schooldag. Het biedt ontspanning en plezier.

Terug naar navigatie - Trends en ontwikkelingen
  • Culturele organisaties met een eigen pand hebben extra hoge energielasten. Er is een gemeentelijke subsidie voor verduurzaming van sport, cultuur en dorpshuizen.
  • De cultuurcoaches gaan ook meer dorps- en wijkgericht werken. Zo kan meer maatwerk geboden worden.
  • Aardbevingen door gaswinning zorgen ervoor dat wij extra aandacht moeten besteden aan archeologie en gebouwd erfgoed;
  • De versterkingsoperatie zorgt voor een forse toename van vergunningaanvragen. Deze zijn ook nodig voor het versterken van monumenten en karakteristieke gebouwen. We zien erop toe dat de versterkingsmaatregelen de cultuurhistorische waarde van de erfgoedpanden niet aantast;
  • De gemeente moet veel archeologische onderzoeken beoordelen. Er vindt veel graafwerk plaats in gebieden die archeologisch beschermd zijn. Bijvoorbeeld voor de aanleg van kabels en leidingen in en naar de zonneparken en bij het versterken van funderingen van oude boerderijen;
  • De gemeente heeft in de openbare ruimte vele beeldende kunstwerken, gedenktekens en oorlogsmonumenten. Deze zijn beoordeeld en worden opgeknapt en onderhouden.

Doelstellingen

Terug naar navigatie - Doelstellingen

a. Cultuurkadernota verder uitvoeren de komende beleidsperiode

Terug naar navigatie - a. Cultuurkadernota verder uitvoeren de komende beleidsperiode

In de Kadernota Cultuur 2021-2024 staat centraal: jeugd & educatie, cultuurdeelname voor iedereen en koppeling met toerisme & recreatie. Deze onderdelen worden door onze cultuurorganisaties uitgewerkt in de uitvoering. In Midden-Groningen zijn dat: Kielzog Theater, Muziekschool & Kunstwerkplaats, de bibliotheekorganisatie Biblionet en museumborg Fraeylema. 

We willen alle inwoners van Midden-Groningen actief betrekken bij kunst, cultuur en erfgoed. Juist ook de groep die in relatieve achterstand verkeert. Met het accent op de (school) jeugd worden ook ouders en de volwassen omgeving van de kinderen meegenomen. Zo worden cultuur en erfgoed van en voor iedereen.

Lessen in kunst en cultuur op school (en na schooltijd) brengen creativiteit in het onderwijs. Jongeren leren om op een originele manier naar hun omgeving te kijken. Daar groeit het creatieve vermogen van. De aanbieders van de cultuurlessen werken nauw samen met het onderwijs. Het gaat om maatwerk. Hierbij wordt waar mogelijk ook gewerkt vanuit het Nationaal Programma Groningen project "Tijd voor Toekomst". Ook op andere manieren worden jongeren uitgedaagd om hun eigen cultuurinvulling vorm te geven. Dit kan in het Nationaal Programma Groningen project "Jongeren pitchen voor Projecten". Hierdoor worden kunst en cultuur een vanzelfsprekend onderdeel van hun dagelijks leven. 

Cultuur is van en voor iedereen. We willen dat elke inwoner altijd kan deelnemen aan cultuur om zich te vormen en te vermaken. Als er drempels zijn, dan willen we die wegnemen. Dat kan door tegemoetkoming in lesgeld voor cultuurles of subsidies voor activiteiten. Cultuur wordt ingezet in het sociaal domein bij het ouderen-, minderheden- en achterstandbeleid.

Midden-Groningen heeft veel mogelijkheden voor recreanten en toeristen. De aantrekkelijkheid wordt mede gevormd door monumentale dorpen en bezienswaardigheden, cultuuractiviteiten, exposities en evenementen, festivals en dergelijke. Ontdek Midden-Groningen promoot cultuur actief in hun evenementenkalender en in cultuurroutes.

In 2024 worden de cultuurkaders voor 2025-2028 voorbereid. Dat doen we samen met inwoners, de direct betrokken partners en cultuurpijlers.

Acties

b. Cultuur in Kielzog Theater, Muziekschool en Kunstwerkplaats

Terug naar navigatie - b. Cultuur in Kielzog Theater, Muziekschool en Kunstwerkplaats

Kielzog biedt een compleet professioneel en gevarieerd cultuuraanbod. Het is het podium voor professioneel theater. Daarbij is het ook de plek om zelf kunst te maken bij de Muziekschool en de Kunstwerkplaats. Kielzog biedt als partner een zalencomplex met professionele begeleiding voor amateurbespelers. Hier wordt aan talent gewerkt op alle niveaus. Dat gebeurt ook in de projecten en evenementen die Kielzog organiseert. Met Kielzog is de afspraak gemaakt dat deze activiteiten steeds meer buiten de hoofdvestiging in dorpen en wijken gebeuren. Om die inwoners ook cultureel te bereiken.

Bij Kielzog werken drie cultuurcoaches op het gebied van onderwijs, sociaal domein en amateurverenigingen. Zij vormen met raad en daad de schakel in het culturele veld tussen idee en uitvoering. Op deze manier komt cultuur dicht bij de mensen. Dat geldt ook voor inwoners die minder bekend zijn met cultuur. Voor hen kan kunst en cultuur het verschil maken. Meer sociale contacten, minder eenzaamheid, plezier met anderen en zelfvertrouwen groeien door cultuurdeelname. 

Kielzog organiseert per seizoen ongeveer 65.000 ‘cultuurbezoeken' met: 70 professionele voorstellingen, 60 culturele verhuringen, wekelijks 1.000 cursisten (muziek, beeldend, dans, theater) en 8.600 leerlingen op school (BO en VO) in de hele gemeente.

Kielzog zet zich extra in om ook buiten de hoofdvestiging in Hoogezand kunst en cultuur aan te bieden. Dat geldt voor personen, maar ook voor amateurverenigingen voor zang, toneel en muziek en culturele evenementen die professioneel worden bijgestaan.

Acties

c. Bibliotheek ontwikkelt taal, cultuur, lezen en digitale vaardigheden

Terug naar navigatie - c. Bibliotheek ontwikkelt taal, cultuur, lezen en digitale vaardigheden

Biblionet ontvangt jaarlijks een subsidie voor bibliotheekactiviteiten in de breedste zin des woords in de vestigingen in Hoogezand, Harkstede, Siddeburen, Slochteren, Noordbroek en Zuidbroek. Daarnaast is de bibliotheek onder andere actief op basisscholen, in het voortgezet onderwijs, op consultatiebureaus en in de kinderopvang. Ook ontwikkelt zij steeds meer activiteiten dichtbij inwoners op verschillende plekken in onze gemeente, zodat zij meer mensen bereikt.

De dienstverlening van de bibliotheek richt zich op de volgende onderdelen:

  • Het is de fysieke plek waar inwoners kunnen halen wat ze nodig hebben om mee te doen in de samenleving en waar ze zich kunnen blijven ontwikkelen;
  • Taalbevordering en ontwikkelen leesplezier van kinderen van 0 t/m 18 jaar;
  • Werken aan geletterdheid van volwassenen;
  • Meedoen in de samenleving door het ontwikkelen van digitale vaardigheden van inwoners.

Biblionet en gemeente komen op basis van het huisvestingsrapport en de gesprekken met inwoners van Noordbroek en Harkstede met een aangepast voorstel voor de dienstverlening van 2024.

d. Het historisch erfgoed Fraeylemaborg openstellen.

Terug naar navigatie - d. Het historisch erfgoed Fraeylemaborg openstellen.

De Fraeylemaborg is een provinciaal gesubsidieerd museum, dat gemeentelijk ook structureel subsidie krijgt. Het is onze cultuurpijler op museumgebied. Jaarlijks komen zo'n 40.000 bezoekers naar de borg en 60.000 in de monumentale Engelse landschapstuin. De borg heeft een bovenlokale functie, bezoekers komen van heinde en verre. De monumentale borg toont het lokale verleden, maar organiseert ook bovenlokale hedendaagse kunstexposities en evenementen. Door variantie en vernieuwing blijft de borg boeiend voor bewoners en bezoekers. De Fraeylemaborg is voor kleine, niet professionele musea in de gemeente een professionele vraagbaak. 

e. Aanpak achterstallig onderhoud beeldende kunst en gedenktekens/monumenten

Terug naar navigatie - e. Aanpak achterstallig onderhoud beeldende kunst en gedenktekens/monumenten

Beeldende kunst markeert plaatsen in de openbare ruimte. Het draagt bij aan de herkenbaarheid en lokale identiteit van onze dorpen en wijken. Het helpt je te weten waar je bent en past bij waar je bent. Gedenktekens en oorlogsmonumenten doen dit ook en zijn ook plaatsen van herdenking, bezinning en troost. We hebben zo'n 100 beeldende kunstwerken, gedenktekens en oorlogsmonumenten die in de openbare ruimte staan. De afgelopen jaren hebben we veel kunstwerken, gedenktekens en oorlogsmonumenten opgeknapt. In 2024 gaan we nog een aantal kunstwerken opknappen en ook gewoon onderhoud uitvoeren. Hiermee verbeteren we de kwaliteit van de gebouwde omgeving.

f. Uitvoering geven aan het Erfgoedprogramma

Terug naar navigatie - f. Uitvoering geven aan het Erfgoedprogramma

We hebben in 2020 samen met Rijk, provincie, NCG en de andere Groninger gemeenten het Erfgoedprogramma vastgesteld. In dit Erfgoedprogramma hebben we aangegeven hoe we ons Groninger erfgoed willen behouden, beschermen en ontwikkelen. De beleidsmatige aanpak in het Erfgoedprogramma is een succes en wordt daarom met twee jaren verlengd t/m 2025. 

Naast het Erfgoedprogramma is nog van belang:

  • We hebben een eigen gemeentelijke Erfgoedcommissie die onder andere adviseert over bouwaanvragen van monumenten;
  • We promoten monumenten en de historie van de gemeente voor een breed publiek tijdens de Open Monumentendag in samenwerking met het Comité Open Monumentendag.

g. Beschermen archeologische waarden

Terug naar navigatie - g. Beschermen archeologische waarden

Als je in de grond gaat graven moet vooraf getoetst worden of daarmee archeologische waarden verloren kunnen gaan. Deze verplichting is vastgelegd in de Erfgoedwet. De gemeente is hierbij aangewezen als bevoegd gezag. De gemeente werkt de spelregels verder uit in haar Archeologiebeleid. Op basis hiervan beoordeelt de gemeente of archeologisch onderzoek nodig is en wat de eventuele vervolgstappen zijn. Voor de inhoudelijke beoordelingen van de onderzoeksrapporten laat de gemeente zich adviseren door de archeologen van Libau uit Groningen.

Dit doen we door: 

  • Beoordelen noodzaak archeologisch onderzoek.
  • Beoordelen archeologische onderzoeken en het nemen van besluiten hierover.
  • Informatie over archeologische waarden in de gemeente actueel houden (onderzoeksresultaten verwerken op de archeologische waardenkaart en in de bijbehorende database).
  • Informatieverstrekking archeologie intern en extern.

2.1.4 Sport en bewegen

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Iedere week zijn duizenden mensen in de gemeente actief betrokken bij sport- en beweegactiviteiten, als beoefenaar, vrijwilliger of professional. Wij bouwen aan een gemeente waarin sporten en bewegen voor iedereen leuk en mogelijk is. We willen er zijn voor alle inwoners en in het bijzonder voor de mensen die kwetsbaar zijn, zodat ook zij zich optimaal kunnen ontwikkelen en een betekenisvol en gelukkig leven kunnen leiden. Sport en bewegen is onmisbaar in het werken aan de vitaliteit en gezondheid van onze inwoners. 

Terug naar navigatie - Trends en ontwikkelingen

De stijgende gemiddelde leeftijd heeft invloed op de sportdeelname in onze gemeente. In onze gemeente ligt het percentage inwoners dat één keer per week of vaker sport onder het landelijk gemiddelde. Er is een groeiende aandacht voor integrale samenwerking tussen sport, bewegen, gezondheid, leefbaarheid en preventie. Binnen het lokale plan Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA) worden deze verbindingen gelegd (zie voor meer informatie 2.1 Gezondheid). De uitvoeringsagenda Lokaal Sportakkoord II maakt als herijking van het Lokaal Sportakkoord integraal onderdeel uit van het GALA.

Ook inhoudelijk willen we vanuit Sport en bewegen inzetten op nieuwe trends en ontwikkelingen om inwoners meer keuze te bieden in vernieuwend sportaanbod.

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

a. Het vergroten van het aandeel bewoners dat regelmatig sport en beweegt

Terug naar navigatie - a. Het vergroten van het aandeel bewoners dat regelmatig sport en beweegt

We willen ervoor zorgen dat alle inwoners, met of zonder beperking, aan sport en bewegen kunnen doen. Daarom zetten we in op het aanmoedigen van voldoende beweging bij de jeugd, bij ouderen en bij kwetsbare groepen. We willen dat het sport- en beweegaanbod sluit aan bij de huidige vraag van de inwoners. We dragen zorg dat onze inwoners geen financiële drempels ervaren om deel te kunnen nemen aan sport- en beweegactiviteiten. We werken aan verbetering van de fysieke en sociale toegankelijkheid van speel- en beweegplekken in de openbare ruimte. 

Acties

b. Het bevorderen van vitale en toekomstbestendige sportverenigingen

Terug naar navigatie - b. Het bevorderen van vitale en toekomstbestendige sportverenigingen

Een belangrijk aandachtspunt de komende jaren is het investeren in kwalitatief sterke sportaanbieders die toegankelijk en veilig voor iedereen zijn. Meer inwoners voelen zich aangesproken en uitgenodigd om te gaan sporten bij sportverenigingen, ondernemende sportaanbieders of via anders georganiseerd aanbod. In het stimuleren van beweging zijn toekomstbestendige sportverenigingen cruciaal. De gemeente kijkt graag samen met sportverenigingen hoe meer inwoners, jong en oud, (structureel) in beweging kunnen komen en betrekt daarbij ook de inwoners zelf om het aanbod goed aan te laten sluiten bij de huidige behoefte. 

Acties

c. Het harmoniseren van het accommodatiebeleid

Terug naar navigatie - c. Het harmoniseren van het accommodatiebeleid

Door de herindeling bestaan er grote verschillen in de afspraken met, en ondersteuning van, sportverenigingen met betrekking tot de sportaccommodaties. Via harmonisatie van het accommodatiebeleid maken we eerlijke en eenduidige afspraken samen met sportverenigingen. Daarmee werken we toe naar een toekomstbestendige sportinfrastructuur.

Acties

2.1.5 Veiligheid op het gebied van wonen, werken en leven

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

We willen onze inwoners een veilige woon- en leefomgeving bieden. Daarbij werken we nauw samen met veiligheidspartners als politie, Openbaar Ministerie, Veiligheidsregio, RIEC (Regionaal Informatie- en Expertise Centrum), inwoners, (maatschappelijke) instellingen, woningbouwcorporaties en ondernemers. In 2021 is het Integraal Veiligheidsbeleid 2021-2024 ontwikkeld en vastgesteld. Hierin zijn vier belangrijke veiligheidsthema’s opgenomen:

  1. Aanpak georganiseerde en ondermijnende criminaliteit;
  2. Effectieve verbinding veiligheid en zorg;
  3. Veilige woon- en leefomgeving;
  4. Maatschappelijke onrust of verdeeldheid bij overheidsbeslissingen.

Bij ondermijnende criminaliteit of ondermijning gaat het vrijwel altijd om misdaden die worden uitgevoerd in georganiseerd verband. Voorbeelden hiervan zijn: georganiseerde drugscriminaliteit, fraude en misbruik in de vastgoedsector, witwassen en financieel-economische criminaliteit en mensenhandel. 

Problemen op het gebied van leefbaarheid en veiligheid komen vooral voor in wijken waar sprake is van een opeenstapeling van problemen zoals armoede, schulden, lage opleiding, wonen en (psychische) gezondheid. De uitzichtloosheid voor sommige gezinnen/inwoners maakt die onder meer bevattelijk voor drugs en drugs-gerelateerde criminaliteit. Ook thuisprostitutie en prostitutie-gerelateerde criminaliteit kunnen voor deze inwoners een weg naar snel geld verdienen zijn. De gevolgen worden niet overzien. Binnen de kortste keren raken inwoners (met een extra risico voor jongeren) verstrikt in de criminaliteit. En als je eenmaal ín de fuik' zit is het lastig om eruit te komen.

Ambities

Terug naar navigatie - Ambities

We versterken de sociale veiligheid door het voorkomen en tegengaan van criminaliteit, overlast en gevoelens die daarmee samenhangen. Dit doen we door uitvoering te geven aan het Integraal veiligheidsbeleid, de openbare orde te handhaven en een maatwerkgerichte aanpak te organiseren voor inwoners die erge overlast veroorzaken. We bevorderen de veiligheid en leefbaarheid op specifieke locaties en dragen zorg voor veilige evenementen. We bevorderen het veilig winkelen en ondernemen en willen woninginbraken voorkomen. 

Terug naar navigatie - Trends en ontwikkelingen

Toenemend belang van aanpak ondermijnende criminaliteit
Ondermijnende criminaliteit, waarbij sprake is van een vermenging van de onderwereld en bovenwereld, bedreigt de veiligheid en betrouwbaarheid van onze samenleving. Ondermijnende criminaliteit is een groot maatschappelijk probleem. De noodzaak voor de aanpak, zowel landelijk als lokaal, is toegenomen.

Meer aandacht voor de verbinding tussen veiligheid en zorg
Het bevorderen van veiligheid en het tegengaan van overlast en criminaliteit is niet enkel een justitiële aangelegenheid. Het betreft namelijk vaak kwetsbare personen met een opeenstapeling van problemen met een zorg- en veiligheidscomponent: psychische klachten, verslavingen, niet mee kunnen komen in de maatschappij, verward gedrag, verstandelijke beperking. Oorzaken en gevolgen lopen door elkaar heen. Er is vaak sprake van slachtoffer- en daderschap van overlast, geweld en ander crimineel gedrag.

Risico jonge aanwas
Criminele netwerken maken steeds meer gebruik van jongeren om allerlei hand- en spandiensten te verrichten. Daarbij lopen de jongeren, ook wel “jonge aanwas” genoemd, vaak de risico’s, terwijl de “daadwerkelijke criminelen” op veilige afstand blijven. Denk hierbij aan werkzaamheden als rondbrengen van pakketjes, drugshandel, werkzaamheden in hennepplantages, jeugdprostitutie, misbruik van bankpas en/of pincode, maar ook vormen van cybercriminaliteit.

Aandacht voor de kwetsbare wijken
In kwetsbare wijken kunnen bewoners betrokken raken bij (ondermijnende) criminaliteit vanwege een opeenstapeling van problemen. Uit een opgemaakt veiligheidsbeeld van Midden-Groningen komt naar voren dat de leefbaarheid en veiligheid in het stedelijk gebied onder druk staat.

De invloed van technologie en digitalisering neemt toe
De explosieve toename van digitale communicatie en verdere digitalisering van de samenleving leidt tot een toename van cybercriminaliteit. Niet alleen inwoners worden slachtoffer; cybercriminelen en hackers richten zich ook op bedrijven, (lokale) overheden en instellingen. 

Maatschappelijke onrust
We zien maatschappelijke onrust rondom de gas- en zoutwinning, wind- en zonneparken en de stikstofproblematiek. Er ontstaan steeds meer groepen in de samenleving die zich op diverse wijze laten horen. Het verspreiden van desinformatie kan leiden tot maatschappelijke ontwrichting en polarisatie: het versterken van tegenstellingen tussen (groepen) mensen.

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

a. Aanpak georganiseerde en ondermijnende criminaliteit

Terug naar navigatie - a. Aanpak georganiseerde en ondermijnende criminaliteit
  • Vergroten van de weerbaarheid tegen ondermijnende criminaliteit.
  • Verbeteren van de informatiepositie.
  • Inzetten op zichtbaarheid en interventiekracht.

Acties

  • Creëren van bewustwording door informatie- en kennissessies te organiseren voor de gemeentelijke organisaties, inwoners en ondernemers. Dat heeft een preventieve werking en leidt tot meer signalen.
  • Investeren in het verstevigen van publieke en private (regionale) samenwerking, bijvoorbeeld in een aanpak van de buitengebieden, bedrijventerreinen en vakantieparken.
  • Versterken van onze informatiepositie door gegevens te koppelen uit de gemeentelijke systemen en informatie te delen in de casustafel ondermijning. Met de toepassing van data-analyse creëren we met onze partners inzicht in de patronen, structuren en risico-indicatoren van georganiseerde ondermijnende criminaliteit. Dit zorgt voor een (gebiedsgerichte) prioritering in de veiligheidsaanpak.
  • Inventarisatie naar de aard en de omvang van cybercriminaliteit in Midden-Groningen. Vervolgens bepalen op welke doelgroepen de aanpak op bewustwording en vergroten van de cyberweerbaarheid gericht moet zijn.
  • Gerichte handhavingsacties op basis van een (fenomeen)analyse, lokaal of in RIEC-verband.
  • Het inzetten van bestuurlijke interventies zoals toepassing van de Wet Damocles (artikel 13b Opiumwet - woningsluiting vanwege een handelshoeveelheid drugs) en de Wet Victoria (artikel 174a Gemeentewet - verstoring van de openbare orde en veiligheid).
  • Het risico gestuurd toepassen van de wet Bevordering Integriteitsbeoordeling door het openbaar bestuur (Bibob) als (preventief) bestuursrechtelijk instrument. 

b. Effectieve verbinding veiligheid en zorg

Terug naar navigatie - b. Effectieve verbinding veiligheid en zorg
  • Het realiseren van een goede verbinding tussen veiligheids- en (jeugd)zorgprofessionals.
  • Escalatie in overlast- en zorgsituaties zoveel als mogelijk voorkomen.
  • Het verminderen en bestrijden van overlast gevend of crimineel gedrag van (groepen) jongeren.
  • Voorkomen van jonge aanwas in de ondermijnende en georganiseerde criminaliteit.

Acties

  • Werken aan een effectieve verbinding tussen veiligheid en zorg door gezamenlijk te werken aan beleidsontwikkeling, prioriteiten te bepalen, het uitwisselen van kennis en expertise. Dit vraagt om een goed samenspel op bestuurlijk en ambtelijk niveau.
  • Integrale aanpak van personen met overlast gevend en crimineel gedrag volgens het AVE model (aanpak voorkomen escalatie) waarbij veiligheid in het geding is.
  • Integrale aanpak van problematische jeugd(groepen) om overlast gevend of crimineel gedrag tegen te gaan.
  • Met partners die actief zijn op het gebied van zorg, ondersteuning, opvang en veiligheid zorgen we dat de keten jeugd en veiligheid als geheel optimaal functioneert. De aanpak richt zich op het individu, het gezin, de school, leeftijdsgenoten (groepen) en richt zich op de omgeving van thuis-straat-school.
  • Samen met het sociaal domein inzetten op preventieve activiteiten ter voorkoming van jonge aanwas in de ondermijnende en georganiseerde criminaliteit. Daarbij maken we gebruik van de deskundigheid van Halt en het RIEC met voorlichtingscampagnes en bewustwordingscampagnes.

c. Veilige woon- en leefomgeving

Terug naar navigatie - c. Veilige woon- en leefomgeving

Veiligheid in dorpen en wijken op peil houden en waar nodig vergroten.

Acties

  • Blijvend inzetten op bestuurlijke maatregelen als huisverboden en gebiedsverboden om geweld en overlast te stoppen.
  • Vanuit de invalshoek van veiligheid bijdragen aan een aanpak van de problematiek van verpauperde panden met kamerverhuurbeleid en toezicht en handhaving.
  • Samen met ketenpartners inzetten op (preventieve) acties voor veel voorkomende criminaliteit.
  • Het inzetten van handhaving op basis van meldingen en op aandachtslocaties.
  • Een plan voor de jaarwisseling met een mix aan preventiemaatregelen: in samenwerking met bewoners zorgen voor een veilige situatie in wijken en dorpen, voorkomen van overlast door jongeren en afvalverbranding. Indien noodzakelijk repressief optreden met het inzetten van bestuurlijke maatregelen.
  • (Door)ontwikkelen van datagericht werken; onderzoek doen naar een adequate wijze om zicht te krijgen op de omvang van diverse veiligheidsproblematiek in de gemeente.
  • Controleren van de openbare bluswatervoorzieningen en diens bereikbaarheid. Daarnaast zorg dragen voor het onderhoud en bereikbaar houden van deze voorzieningen. 
  • (Verplichte) deelname aan de Veiligheidsregio Groningen, waaronder blijvend investeren in een goede huisvesting van de brandweer, het opzetten van een crisisorganisatie en het vergroten van de (juridische) kennis over het openbare orde- en noodrecht.

d. Maatschappelijke onrust of verdeeldheid bij overheidsbeslissingen

Terug naar navigatie - d. Maatschappelijke onrust of verdeeldheid bij overheidsbeslissingen

Maatschappelijke onrust zoveel als mogelijk voorkomen en verminderen.

Acties

  • Vroegtijdig in contact zijn met inwoners en belangengroeperingen die geconfronteerd worden met een overheidsbeslissing met effect op de leefomgeving. Serieus nemen van vragen en bezorgdheid, de aangedragen alternatieven door bewoners en streven naar een eerlijke verdeling van lusten en lasten.
  • Gerichte samenwerking met diverse partijen om onrust en polarisatie vroegtijdig te signaleren, te monitoren en in goede banen te leiden.
  • Om te voorkomen dat mensen overgaan tot radicaal gedrag realiseren we duurzame interventies samen met maatschappelijke organisaties en de veiligheidsketen.

2.1.6 Fysieke leefbaarheid

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

De openbare ruimte is dé plek waar onze bewoners, ondernemers en bezoekers elkaar ontmoeten, naar het werk gaan, spelen, sporten en ontspannen. In deze openbare ruimte bevinden zich onze kapitaalgoederen zoals wegen, bruggen, parken, speelplaatsen, lantaarnpalen en verkeerslichten.

Naast het dagelijks beheer en onderhoud in de openbare ruimte, dragen we ook bij aan nieuwe projecten. Het gaat dan bijvoorbeeld om de versterkingsopgave, diverse fases van de wijken Gorecht en Vosholen, de te ontwikkelen zonneparken en het scholenprogramma. We blijven verbeteren, bijvoorbeeld door te werken aan assetmanagement en een meerjarige integralen onderhoudsplanning. We maken een start met een 0-meting van ons gehele areaal. Zodat we vanaf 2025 door middel van de P en C cyclus inzichtelijk maken op welke onderdelen ons areaal uitgebreid of afgenomen is. 

We hebben veel kapitaalgoederen in beheer en onderhoud. De afgelopen tijd waren er te weinig middelen beschikbaar om deze op een goede manier te kunnen onderhouden. Extra middelen zijn hiervoor noodzakelijk. In 2024 en verder zullen we uitvoeren geven aan uw besluit en zullen we de verdere effecten met betrekking tot het beheer en onderhoud van kapitaalgoederen inzichtelijk maken. 

Ambitie: Een goed onderhouden buitenruimte draagt bij aan leefbaarheid

Terug naar navigatie - Ambitie: Een goed onderhouden buitenruimte draagt bij aan leefbaarheid

We willen de openbare ruimte beheren en onderhouden zodat deze ‘schoon, heel, veilig en duurzaam’ is. We streven naar een gemeenschap waarin inwoners, ondernemers en bezoekers tevreden zijn over de openbare ruimte en waar zij medeverantwoordelijk zijn voor de leefbaarheid van hun dorp of wijk. Daar waar wij verantwoordelijk zijn voor het basisbeheer en -onderhoud, kan in een gebiedsgerichte samenwerking met partners een 'plus' geleverd worden. De openbare ruimte gaan wij voorbereiden op de opgaven die klimaatverandering met zich meebrengt. Dit zal met name gericht zijn op het voorkomen van wateroverlast en hittestress. 

Terug naar navigatie - Trends en indicatoren

De kosten voor het beheer en onderhoud van de openbare ruimte nemen nog steeds toe vanwege de stijgende prijzen in de markt. 

De energietransitie en de verdere uitrol van glasvezelnetwerken zorgen ervoor dat bijvoorbeeld onze wegen, voetpaden en groenstroken opengemaakt worden. Wat nadelige effecten heeft op het gebied van levensduur. Daarnaast is er onder de grond steeds minder ruimte. Hierdoor komt mogelijk ons eigen beheer en onderhoud aan bijvoorbeeld het riool in gedrang en zullen wij extra maatregelen moeten nemen. 

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

a. Afval: We geven uitvoering aan het vastgestelde beleidsplan.

Terug naar navigatie - a. Afval: We geven uitvoering aan het vastgestelde beleidsplan.

Door uitvoering te geven aan het beleidsplan werken we aan een nog betere afvalscheiding, afvalinzameling en dienstverlening. Daarnaast zijn we constant bezig om de kostendekkendheid van de afvalstoffenheffing te verbeteren en geven we uitvoering aan het onderzoek verbetering dekkingsgraad van de kostendekking die u eind 2023 heeft vastgesteld.

Met uw besluit om Hoogezand Noord te herontwikkelen is er voor de toekomst geen ruimte meer voor de werf met afvalbrengpunt op de locatie Rembrandtlaan in dit ontwikkelingsgebied. We zijn inmiddels gestart met een onderzoek om tot nieuwe huisvesting te komen. Hierbij zijn circulariteit en duurzaamheid de uitgangspunten. De eerste uitkomsten willen we in 2024 aan u voorleggen. 

We zullen de motie GFT, waarin in 2023 de zomerinzameling 1 maand langer duurt in 2024 evalueren. 

Acties

b. Groen, zwerfafval en spelen: Onderhoud en beheer uitvoeren conform vastgestelde rapport en beleidsplan spelen

Terug naar navigatie - b. Groen, zwerfafval en spelen: Onderhoud en beheer uitvoeren conform vastgestelde rapport en beleidsplan spelen

Groen en spelen: We geven uitvoering aan het door u in 2023 vastgestelde plan groen. Met in achtneming van de eventuele wijzigingen en aanvullingen die u in de tweede helft van 2023 heeft aangebracht. 

We beheren en onderhouden de speeltoestellen op basis van jaarlijkse inspecties zodat deze veilig blijven. 

Acties

d. We beheren en onderhouden de openbare verlichting volgens het vastgestelde beleidsplan

Terug naar navigatie - d. We beheren en onderhouden de openbare verlichting volgens het vastgestelde beleidsplan

We zijn onze openbare verlichting, zoals lantaarnpalen, aan het vernieuwen en verduurzamen. Hiermee besparen we energie en verminderen we de CO2. Dit doen we versneld omdat door nieuwe Europese wetgeving, per 1 februari 2023, er een verbod is ingegaan op de productie van de PLL-lamp en de verkoop daarvan. In het centrumgebied Gorecht-Oost, Martenshoek en Sappemeer staat een bepaalt soort openbare verlichting waar geen lampen meer voor te verkrijgen zijn. We gaan in drie jaargangen deze masten vervangen. In 2024 starten we met het centrumgebied Gorecht-Oost Hoogezand. Dit gaan we in samenspraak met inwoners/ondernemers vormgeven. In 2025 vervangen we de masten in Martenshoek en Sappemeer. 

Acties

e. We beheren en onderhouden het riolenstelsel volgens het vastgestelde afvalwaterbeleidsplan

Terug naar navigatie - e. We beheren en onderhouden het riolenstelsel volgens het vastgestelde afvalwaterbeleidsplan

We geven uitvoering aan het vastgestelde plan voor het beheer en onderhoud van het riolenstelsel. We werken op het gebied van duurzaam waterbeheer samen met Groninger gemeenten, de gemeenten uit de kop van Drenthe, het waterbedrijf Groningen en de waterschappen Hunze en Aa’s en Noorderzijlvest. In 2023 is de lokale uitvoeringsagenda klimaatadaptatie vastgesteld. 

In 2024 zullen we u een nieuw beleidsplan gemeentelijk rioleringsplan ter besluitvorming aanbieden. Daarnaast gaan we verder met het vormgeven/uitvoeren van een subsidie regentonnen en afkoppelen. 

Acties

f. We beheren en onderhouden onze wegen volgens de beleidsplannen Wegen en Gladheidsbestrijding

Terug naar navigatie - f. We beheren en onderhouden onze wegen volgens de beleidsplannen Wegen en Gladheidsbestrijding

We beheren en onderhouden onze wegen zodat deze veilig zijn. We gaan uitvoering geven aan de extra middelen die we verkregen hebben inclusief uw besluit over de halfverhardingen. 

We geven uitvoering aan het vastgestelde beleidsplan gladheidsbestrijding. 

Acties

2.1.7 Verplichte beleidsindicatoren (BBV)

Indicatoren

Terug naar navigatie - Indicatoren

De verplichte beleidsindicatoren zijn opgenomen in onderstaande tabel.

Naam indicator Eenheid Peiljaar M-G Nederland
Verwijzingen Halt Aantal per 1.000 jongeren 2022 8,0 8,0
2021 8,0 8,0
2020 9,0 11,0
2019 8,0 13,0
Winkeldiefstallen Aantal per 1.000 inwoners 2022 0,9 2,3
2021 0,7 1,8
2020 0,7 2,0
2019 0,5 2,3
Geweldsmisdrijven Aantal per 1.000 inwoners 2022 3,4 4,6
2021 3,3 4,4
2020 3,4 4,6
2019 4,0 4,9
Diefstallen uit woning Aantal per 1.000 inwoners 2022 1,6 1,4
2021 1,8 1,4
2020 1,0 1,8
2019 2,3 2,3
Vernielingen en beschadigingen in de openbare ruimte Aantal per 1.000 inwoners 2022 5,5 6,0
2021 5,8 6,1
2020 6,0 6,3
2019 6,1 5,9
Niet-sporters % 2020 59,7% 49,2%
2016 57,9% 48,7%
Omvang huishoudelijk restafval Kg/inwoner 2021 136 169
2020 137 170
Hernieuwbare elektriciteit % 2021 83,2% 33,2%
2020 47,2% 26,8%
2019 9,7% 20,0%
2018 3,0% 17,5%
Nieuw gebouwde woningen Aantal per 1.000 woningen 2022 13,2 9,3
2021 5,4 8,9
2020 9,9 8,9
2019 1,5 9,2

2.1.8 Financieel overzicht Dorpen en Wijken

Terug naar navigatie - Financieel overzicht
Bedragen x €1.000
Omschrijving Realisatie 2022 Begroting na wijziging 2023 Begroting 2024 Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027
Lasten
Openbare ruimte 8.561 9.424 12.124 13.358 13.364 13.400
Cultuur 6.261 6.676 6.528 6.877 7.257 7.456
Sport 4.396 4.406 4.539 4.573 4.753 4.852
Openbaar groen 6.667 6.958 7.098 7.467 7.669 7.806
Riolering 4.835 4.206 4.332 4.527 4.590 4.676
Afval 7.941 7.123 7.288 7.337 7.690 7.767
Milieu 2.600 5.524 5.201 4.416 4.527 4.531
Begraafplaatsen 492 513 888 903 927 930
Totaal Lasten 41.753 44.830 47.999 49.459 50.776 51.417
Baten
Openbare ruimte 535 359 653 400 406 410
Cultuur 1.014 680 508 528 550 573
Sport 742 1.075 1.238 1.238 1.238 1.238
Openbaar groen 346 133 116 117 118 120
Riolering 5.897 5.636 6.100 6.001 6.096 6.205
Afval 8.027 7.985 8.783 9.074 9.783 9.919
Milieu 157 1.661 1.512 1.142 1.142 1.142
Begraafplaatsen 400 362 414 427 440 450
Totaal Baten 17.117 17.892 19.325 18.927 19.773 20.056
Saldo voor bestemming -24.635 -26.938 -28.674 -30.532 -31.003 -31.361
Onttrekkingen
Openbare ruimte 255 132 0 0 0 0
Cultuur 150 438 0 0 0 0
Sport 156 284 13 4 4 4
Openbaar groen 453 63 3 3 3 3
Totaal Onttrekkingen 1.014 916 16 7 7 7

Toelichting

Terug naar navigatie - Toelichting

In de financiële toelichting wordt de afwijking verklaard tussen de begroting 2024 en de begroting 2023. Het nadelig saldo van de lasten en baten op het programma Dorpen en wijken 2024 is toegenomen met € 1,736 miljoen ten opzichte van begroting 2023. Het nadelig saldo na mutatie reserves is toegenomen met € 2,637 miljoen. We lichten per product de belangrijkste wijzigingen toe.

Openbare ruimte
Het saldo bij het product Openbare ruimte na reservemutaties is ten opzichte van 2023 met € 2,538 miljoen verslechterd. De lasten zijn met € 2,7 miljoen gestegen, de baten zijn met € 294.000 gestegen en de onttrekking aan de reserve is met € 132.000 afgenomen.

Lasten (€ 2,7 miljoen nadelig): In de begroting 2023 is door uw raad bij het vaststellen van plan groen incidenteel € 604.000 voor wegen en kunstwerken uit de gereserveerde structurele gelden beheer- en investeringsopgave openbare ruimte beschikbaar gesteld. We stellen uw raad voor om met ingang van 2024 genoemde bedrag structureel beschikbaar te stellen. Dit leidt tot geen afwijking aan de lastenkant in het product openbare ruimte. Aanvullend hierop vragen wij uw raad om voor het uitvoeren van de beleidsplannen kunstwerken en wegen € 1,333 miljoen structureel beschikbaar te stellen. De beleidsplannen kunstwerken en wegen worden eind december aan uw raad aangeboden. Verder zijn door het vaststellen van de voorjaarsnota 2023 de budgetten voor verkeer en vervoer structureel verhoogd. Dit leidt tot een lastentoename. Het gaat om toekomstige ontwikkelingen verkeer en vervoer (€ 50.000) hetgeen in programma Economie was begroot. Ook zijn bij de voorjaarsnota 2023 voor verkeer en vervoer incidentele budgetten beschikbaar gesteld. Het gaat om budget voor planvorming van een verkeerskundig ontwerp parkeren (€ 60.000) en een verkeersmodel (€ 75.000) om het mobiliteitsplan meer inhoud te geven. Deze middelen hebben we in de begroting 2024 niet meer opgenomen. Dit leidt tot een lastendaling van € 135.000. Verder verwachten we hogere uitgaven door het uitvoeren van kleine verkeersmaatregelen (€ 30.000) en een verhoogde bijdrage verkeerseducatie VVB Provincie Groningen (€ 7.000). Verder leidt de toerekening van personele lasten verkeer en vervoer door een hogere indexatie voor loonkosten tot een nadeel van € 37.000. Daarnaast verwachten we een hogere toerekening van personele lasten voor onderhoud in de openbare ruimte. Dit leidt tot een nadeel van € 473.000. Dit geldt ook voor de toerekening van personele lasten inclusief ingeleend voor de toename in de vergunningverlening leges telecommunicatie en kabels en leidingen. Dit leidt tot een lastentoename van € 330.000. Het restant van de toegenomen lasten komt door hogere kapitaallasten (rente- en afschrijvingskosten) op investeringen in de openbare ruimte van € 327.000. Verder verwachten we een lastentoename in de uitvoeringsbudgetten openbare ruimte voor verkeer en vervoer en onderhoud IBOR door de gestegen kosten areaal en prijs. Dit leidt tot een lastentoename van € 289.000. Ook verwachten we door gestegen prijzen van energie hogere lasten bij openbare verlichting en verkeersregelinstallaties van € 37.000 en inzet tractie materieel € 21.000. Tot slot zijn in 2023 incidentele middelen voor onderhoud wegen met betrekking tot de overhevelingsvoorstellen jaarrekening 2022 in de begroting verwerkt. Deze middelen hebben we in de begroting 2024 niet meer opgenomen. Dit leidt tot een lastendaling van € 132.000. Overige afwijkingen in de lasten tellen op tot een nadeel van € 33.000.

Baten (€ 294.000 voordelig): We verwachten meer legesinkomsten inclusief indexatie van de tarieven uit vergunningverlening Telecommunicatie en kabels en leidingen van € 284.000 en hogere vergoedingen voor werkzaamheden derden aanleg inritten van € 10.000. 

Mutaties reserves (€ 132.000 nadelig): In 2023 zijn incidentele middelen voor onderhoud wegen met betrekking tot de overhevelingsvoorstellen jaarrekening 2022 uit de algemene reserve onttrokken en in de begroting verwerkt. Deze onttrekking hebben we in de begroting 2024 niet meer opgenomen. Dit leidt tot een nadeel van € 132.000.

Cultuur
Het saldo bij het product Cultuur na reservemutaties is ten opzichte van 2023 met € 462.000 verslechterd. De lasten zijn met € 148.000 afgenomen, de baten met € 172.000 afgenomen en de onttrekking aan de reserve is met € 438.000 afgenomen.

Lasten (€ 148.000 voordelig): In 2023 is voor energiecompensatie culture instellingen incidenteel € 363.000 beschikbaar gesteld. Deze lasten worden uit de reserve Maatwerk Fonds Energiecrisis gedekt. De lasten worden voor 2024 met € 363.000 terug geraamd. Dit leidt tot een lastendaling van € 363.000. Voor cultuurcentra, bibliotheek en Freaylemaborg worden de lasten verhoogd met het accres dit heeft ten opzichte van begroting 2023 een nadelig effect van € 265.000. Daarnaast zijn de lasten voor de lokale omroep in 2023 en 2024 gestegen door het verhogen van het tarief per huishouden. Dit komt ten goede aan de kwaliteitsimpuls lokale omroep. Dit leidt tot een lastentoename van € 22.000. Verder zijn in de begroting 2024 de middelen voor de kerkenvisie van € 75.000, voortkomend uit de overhevelingen 2021, niet opgenomen en leidt tot een lastendaling. Tot slot verwachten we een toename in energie- en onderhoudskosten door gestegen prijzen van € 94.000 in het vastgoed en een lagere toerekening van personele lasten van € 128.000. Overige afwijkingen in de lasten tellen op tot een nadeel van € 35.000.

Baten (€ 172.000 nadelig): Ten opzichte van de begroting 2023 verwachten we in 2024 € 166.000 minder huurinkomsten onroerende zaken vastgoed culturele instellingen te ontvangen. Overige afwijkingen in de baten tellen op tot een nadeel van € 6.000.

Mutaties reserves (€ 438.000 nadelig): In 2023 zijn incidentele middelen voor de kerkenvisie cultureel erfgoed met betrekking tot de overhevelingsvoorstellen jaarrekening 2022 uit de algemene reserve onttrokken en in de begroting verwerkt. Deze onttrekking hebben we in de begroting 2024 niet meer opgenomen. Dit leidt tot een nadeel van € 75.000. Tot slot is voor 2023 incidenteel € 363.000 als onttrekking uit de reserve Maatwerk Fonds Energiecrisis begroot. Deze onttrekking wordt voor 2024 met € 363.000 terug geraamd. Dit leidt tot een nadeel van € 363.000.

Sport
Het saldo bij het product Sport na reservemutaties is ten opzichte van 2023 met € 241.000 verslechterd. De lasten zijn met € 133.000 toegenomen, de baten zijn met € 163.000 toegenomen en de onttrekking aan de reserve is met € 271.000 afgenomen.

Lasten (€ 133.000 nadelig): De lasten van het sportbeleid zijn € 24.000 lager ten opzichte van de begroting 2023. Dit komt door het vervallen van ledensubsidies Menterwolde per 2024. Verder is in 2023 voor energiecompensatie sportaccommodatie incidenteel € 263.000 beschikbaar gesteld. Deze lasten worden uit de reserve Maatwerk Fonds Energiecrisis gedekt. De lasten worden voor 2024 zijn met € 263.000 terug geraamd. Dit leidt tot een lastendaling van € 263.000. Het restant van de toegenomen lasten komt door gestegen energielasten en hogere bouwkundige kosten sportcomplexen. Dit leidt tot een lastentoename van € 301.000. Daarnaast leidt de toerekening van personele lasten door een hogere indexatie voor loonkosten dan in de ongewijzigd beleid begroting 2024 is opgenomen tot een nadeel van € 64.000. Tot slot verwachten we een toename in de onderhoudskosten van sportvelden door gestegen prijzen. Dit leidt tot een nadeel van € 40.000. Overige afwijkingen in de lasten tellen op tot een nadeel van € 15.000.

Baten (€ 163.000 voordelig): De tarieven voor verhuur van een aantal sportcomplexen zijn verhoogd hiermee wordt voldaan aan de bezuinigingsmaatregel. Dit leidt tot een voordeel van € 50.000. Verder zijn de baten van de brede SPUK Gezond en Actief Leven Akkoord in de begroting 2024 verwerkt en dat heeft een voordelig effect op de baten van € 256.000. Daarnaast is de huuropbrengst voor de ruimtes die het Kielzog huurt in complex Kalkwijk abusievelijk dubbel bij gebouwenbeheer en sport begroot. Deze correctie op de begroting heeft een nadelig effect van € 44.000. Tot slot verwachten we minder inkomsten uit de exploitatie van sportvoorzieningen. Dit leidt tot een nadeel van € 99.000.

Mutaties reserves (€ 271.000 nadelig): Voor 2023 is incidenteel € 263.000 als onttrekking uit de reserve Maatwerk Fonds Energiecrisis begroot. Deze onttrekking wordt voor 2024 niet geraamd. Dit leidt tot een nadeel van € 263.000. Overige afwijkingen op de reservemutaties tellen op tot een nadeel van € 8.000.
 
Openbaar groen
Het saldo bij het product Openbaar groen na reservemutaties is ten opzichte van 2023 met € 217.000 verslechterd. De lasten zijn met € 140.000 toegenomen, de baten met € 17.000 afgenomen en de onttrekking aan de reserve is met € 60.000 afgenomen.

Lasten (€ 140.000 nadelig): In de begroting 2023 is door uw raad voor het uitvoeren van het beleidsplan groen incidenteel € 1,396 miljoen uit de gereserveerde structurele gelden beheer- en investeringsopgave openbare ruimte beschikbaar gesteld. We stellen uw raad voor om met ingang van 2024 genoemde bedrag structureel beschikbaar te stellen. Dit leidt tot geen afwijking aan de lastenkant in het product openbaar groen. Verder voorzien we lagere lasten door de in 2023 toegekende incidentele middelen voor het groen Oosterpark met betrekking tot de overhevelingsvoorstellen jaarrekening 2022 die we in de begroting hebben verwerkt. Deze middelen hebben we in de begroting 2024 niet meer opgenomen. Dit leidt tot een lastendaling van € 60.000. Verder hebben we de uitvoeringsbudgetten van het product openbaar groen geïndexeerd. Dit leidt tot een lastentoename van € 78.000. Daarnaast verwachten we hogere kapitaallasten (rente- en afschrijvingskosten) op investeringen in het openbaar groen van € 28.000. Tot slot verwachten we een lastentoename van € 77.000 door een hogere toerekening van tractie materieel en huisvestingskosten vanwege gestegen brandstof- en onderhoudskosten en gestegen energiekosten. Overige afwijkingen in de lasten tellen op tot een nadeel van € 17.000.

Baten (€ 17.000 nadelig): De begrote inkomsten van € 23.000 uit de verkoop grond snippergroen is in de begroting 2024 in het programma Economie, product Economische ontwikkeling opgenomen. Verkoop grond heeft betrekking op ruimtelijke ordening grondzaken. Dit leidt tot een nadeel in het product Openbaar groen van € 23.000. Overige afwijkingen in de baten tellen op tot een voordeel van € 5.000.

Mutaties reserves (€ 60.000 nadelig): In 2023 zijn incidentele middelen voor het groen Oosterpark met betrekking tot de overhevelingsvoorstellen jaarrekening 2022 uit de algemene reserve onttrokken en in de begroting verwerkt. Deze onttrekking hebben we in de begroting 2024 niet meer opgenomen. Dit leidt tot een nadeel van € 60.000.
 
Riolering
Het saldo bij het product Riolering na reservemutaties is ten opzichte van 2023 met € 338.000 verbeterd. De lasten zijn met € 126.000 toegenomen en de baten zijn met € 464.000 toegenomen.

Lasten (€ 126.000 nadelig): In 2024 verwachten we een toename van de toegerekende kosten aan rioolheffing. Het gaat om hogere energiekosten gemalen door gestegen energieprijzen en onderhoudskosten gemalen plus relinen reparaties riolering. Dit leidt tot een lastentoename van € 262.000. Verder zijn diverse budgetten geïndexeerd en de begroting voor onderhoud kolken riolering bijgesteld. Hierdoor zijn de toegerekende kosten met € 161.000 gestegen. Daarnaast nemen de toegerekende kosten met € 55.000 toe door het instellen van een subsidieregeling voor het afkoppelen verhard oppervlak en regentonnen. Het restant van de toegenomen lasten van € 37.000 komt door een hogere toerekening van tractie materieel en huisvestingskosten vanwege gestegen brandstof- en onderhoudskosten en gestegen energiekosten. Tot slot leidt de lagere toegerekende kapitaallasten (rente- en afschrijvingskosten) op oude investeringen riolering en de toerekening van personele lasten tot een voordeel van € 416.000. Overige afwijkingen in de lasten tellen op tot een nadeel van € 27.000. Bovengenoemde betreft de directe kosten van het taakveld riolering. In de paragraaf lokale heffingen wordt de kostendekkendheid van het tarief weergegeven. Daarin staan ook de toe te rekenen kosten die niet op het taakveld riolering staan. 


Baten (€ 464.000 voordelig): De baten voor de rioolheffing zijn in 2024 € 357.000 hoger. We verwachten een toename in het aantal objecten en grootverbruik. Verder voorzien we in 2024 een onttrekking uit de egalisatievoorziening te moeten doen van € 103.000. Dit leidt tot een voordeel aan de batenkant van € 103.000. Overige afwijkingen in de baten tellen op tot een voordeel van € 4.000.  

Afval
Het saldo bij het product Afval na reservemutaties is ten opzichte van 2023 met € 633.000 verbeterd. De lasten zijn met € 165.000 toegenomen en de baten met € 798.000 toegenomen.

Lasten (€ 165.000 nadelig): In 2024 verwachten we een toename van de toegerekende kosten aan afvalstoffenheffing. We verwachten een nadeel op de inzet van tractie materieel voor afval van € 81.000. Dit komt door gestegen prijzen van brandstof, materialen onderhoud en een toename van de kapitaallasten (rente- en afschrijvingskosten) op investeringen tractie materieel. Ook voorzien we door garantievergoedingen op inzameling van oud papier door verenigingen hogere kosten van € 150.000. Verder verwachten we een toename in energie- en onderhoudskosten door gestegen prijzen van € 169.000 in de toerekening van huisvesting aan afval. Daarnaast zijn er hogere toegerekende lasten ten aanzien van inzet personeel voor afval door een hogere indexatie van de loonkosten. Het gaat om lastentoename van € 63.000. Het restant van de toegenomen lasten komt door hogere kosten inzamelen verpakkingsafval in openbare prullenbakken. Dit leidt tot een lastentoename van € 46.000. Tot slot verwachten we uit kostenbesparende maatregelen een voordeel van € 250.000 en voorzien we € 70.000 lagere kosten huur van tractie materieel door ingebruikname van een eigen achterelader voor de inzameling van PMD (plastic verpakkingen, metalen verpakkingen (blik) en drankpakken). Overige afwijkingen in de lasten tellen op tot een voordeel van € 24.000. Bovengenoemde betreft de directe kosten van het taakveld afval. In de paragraaf lokale heffingen wordt de kostendekkendheid van het tarief weergegeven. Daarin staan ook de toe te rekenen kosten die niet op het taakveld afval staan.

Baten (€ 798.000 voordelig): De baten voor de afvalstoffenheffing zijn in 2024 € 798.000 hoger. Genoemde komt door een toename van het aantal aansluitingen en door het door uw raad genomen besluit om het tarief van de afvalstoffenheffing van 2021 tot en met 2024 stapsgewijs te verhogen met 5% per jaar om de kostendekking te verbeteren en deze gelijkelijk te verdelen over vastrecht (aantal aansluitingen) en het variabel deel (aantal ledigingen). Dit leidt tot een voordeel aan de batenkant van € 365.000. Verder stellen wij uw raad voor om het vastrecht tarief met € 10 te verhogen om de kostendekking te verbeteren. Dit leidt tot een voordeel aan de batenkant van € 276.000. Ook verwachten we een toename in de baten van € 46.000 door het ontvangen van een vergoeding voor het inzamelen van verpakkingsafval in openbare prullenbakken. Daarnaast verwachten we een voordeel op de inzameling van overige afvalstromen zoals kleding, matrassen, glas en overig afval van € 69.000 door een hogere vergoeding. Naast genoemde voordelen voorzien we door de aangenomen motie grofvuil € 226.000 minder opbrengsten uit grofvuil in 2024. Ook voorzien we minder opbrengsten door een afname van het aantal ingezamelde blikjes en een lagere vergoeding voor oud papier. Dit leidt tot een afname in de baten van € 78.000. Tot slot verwachten we een hogere onttrekking uit de egalisatievoorziening te moeten doen. Dit resulteert in een voordeel aan de batenkant van € 346.000. Echter dit heeft een negatief effect op de kostendekkendheid.

Milieu
Het saldo bij het product Milieu na reservemutaties is ten opzichte van 2023 met € 174.000 verbeterd, de lasten zijn met € 323.000 afgenomen en de baten met € 149.000 afgenomen.

Lasten (€ 323.000 voordelig): In 2023 heeft uw raad de voorjaarsnota 2023 vastgesteld. Onderdeel hiervan is de deelnemersbijdrage Omgevingsdienst. De geactualiseerde begroting 2023 en meerjarenraming 2024-2027 van de Omgevingsdienst Groningen laat een toename zien. De totale uitzetting voor 2024 bedraagt € 621.000. Ten opzichte van de geactualiseerde begroting 2023 van € 469.000 leidt dit tot een lastentoename van € 151.000. Voor het project aanpak energiearmoede zijn de lasten € 1.227.000 lager dan in 2023, dit heeft te maken met de fasering van het project. Voor het project wijkuitvoeringsplannen is het gehele bedrag van € 377.000 in 2023 geraamd. Dit leidt tot een afname in de lasten van € 377.000. Vanuit het Rijk zijn er middelen beschikbaar gesteld voor de uitvoering van het klimaat- en energiebeleid. Dit gaat om € 1.131.000. Samen met een gewijzigde toerekening van de personeelslasten leidt dit tot een lastentoename van € 949.000. Tot slot voorzien we een lastentoename in de toerekening van personeelslasten ten aanzien van milieutaken van € 183.000. Overige afwijkingen tellen op tot een voordeel van € 2.000.

Baten (€ 149.000 nadelig): Voor het project aanpak energiearmoede zijn de baten met € 1.227.000 gedaald, dit heeft te maken met de fasering van het project. De ontvangen middelen van het Rijk (SPUK) subsidie voor de uitvoering van het klimaat- en energiebeleid leiden tot een toename van de baten van € 1.078.000.

Begraafplaatsen
Het saldo bij het product Begraafplaatsen na reservemutaties is ten opzichte van 2023 met € 323.000 verslechterd. De lasten zijn met € 375.000 toegenomen en de baten met € 52.000 toegenomen.

Lasten (€ 375.000 nadelig): In 2024 verwachten we een toename van de toegerekende kosten aan het product begraafplaatsen. Dit komt door het beleidsplan begraven die eind december aan uw raad wordt aangeboden. Om dit plan te kunnen uitvoeren is € 335.000 nodig. Dit leidt tot een lastentoename van € 335.000. Verder stijgen de huisvestingskosten door gestegen onderhoudskosten en energieprijzen. Dit resulteert in een lastentoename van € 8.000. Daarnaast worden door de verwachte toename in de leges lijkbezorgingsrechten en de hogere indexatie loonkosten meer personele lasten inclusief ingeleend personeel toegerekend. Dit leidt tot een lastentoename van € 27.000. Overige afwijkingen in de lasten tellen op tot een nadeel van € 5.000. 

Baten (€ 52.000 voordelig): In 2024 verwachten door een toename van het aantal begrafenissen en indexatie van de tarieven € 52.000 meer inkomsten uit leges lijkbezorgingsrechten.